Labels

zondag 30 oktober 2016

Duitsland 1871-1945 (Historisce Context)

Historische context: DUITSLAND  1871-1945
Leertip: bekijk de filmpjes van ‘’Joost van Oort’’ op YouTube
Frans-Duitse Oorlog (1870-1871)bracht alle kleine staatjes bijeen; Duitsland, o.l.v Bismarck. Duitse keizerrijk werd in Versailles uitgeroepen, zo werd niet een van de staatjes bevoordeeld.
Keizer: Wilhelm I. Rijkskanselier: Bismarck.

Staatsinrichting met grote macht van de keizer
Rijksdag: volksvertegenwoordiging. Gekozen door mannen met algemeen kiesrecht. Duitse rijk bestond uit 25 deelstaten. Afgevaardigden van de deelstaten vormden in Berlijn de Bondsraad.
Macht keizer:
- Rijkskanselier benoemen en ontslaan
- Militair opperbevelhebber
Macht Rijkskanselier:
- Benoemen ministers
- Rijksdag ontbinden
Macht Rijksdag
- Begroting, belastingmaatregelen en wetten goed- of afkeuren
Macht Bondsraad:
- Begroting, wetten en verdragen met andere landen goed- of afkeuren
- Rijksdag ontbinden

Politieke stromingen
Belangrijkste politieke stromingen en hun aanhangers:
- Conservatieven en nationaal-liberalen. Aanhang onder: hogere lagen van bevolking
- Centrumpartij (aka Centrum): katholieke bevolking. Grootste partij tot 1912
- Socialisten: aanhangers onder industrie-arbeiders. 1917: splitsing tussen communisten en socialisten

Gelaagdheid van de bevolking
- Adel, officieren en hoge ambtenaren
- Grote fabrikanten en bankiers
- Werknemers in de dienstensector, lagere ambtenaren, kleine ondernemers, chefs van afdelingen van grote ondernemingen.
- Boeren, arbeiders in de landbouw en industrie, lagere ambtenaren

Duitsland gaat een rol spelen in de wereldpolitiek
- Alliantiepolitiek van Bismarck
- Weltpolitik van Wilhelm II

Alliantiepolitiek van Bismarck
Economische grootmacht door snelle industrialisatie.
Bismarck zag dat Duitsland omsingeld was met sterke mogendheden -> Alliantiepolitiek om bestaande machtsevenwicht te handhaven. Redenen van sluiten van allianties:
- Duitslands positie in de wereld versterken
- Vrede handhaven

Conferentie van Berlijn (1884): 15 Europese staten en de VS maakten afspraken over de verdeling van Afrika. Bismarck riep deze conferentie bijeen om het machtsevenwicht ook in Afrika te verzekeren.

Weltpolitik van Wilhelm II
1888: Wilhelm II koning.
- Versterkte positie van de keizer ->
- Regering kreeg steeds meer autocratische trekken ->
- Bismarck werd ontslagen (1890)
Doel van zijn binnenlandse politiek: Het Duitse Rijk ontwikkelen tot een economische en militaire grootmacht.
- Veel aandacht voor de industriële ontwikkeling
- Enorme groei van industrie, de steden en bevolking
- Groeiend nationalisme door voorspoedige economische ontwikkeling. `
Duitsland wilde een belangrijkere plaats in de wereld; Weltpolitik. Deze was eerst gericht op overzees imperialisme (net als bijvoorbeeld Engeland). Na Vlootwet van 1898 nam Duitsland het tegen Groot-Brittannië op. Dit mislukte -> Duitsland gaat zich richten op het Europese vasteland. -> economische groei en toenemend militarisme -> Engeland en Frankrijk vonden dit verontrustend -> zoeken bondgenoten.

Par 2 de Eerste Wereldoorlog
Dieper liggende oorzaken
- Militarisme
- Imperialisme
- Nationalisme
- Bewapeningswedloop
- Bondgenootschappen vergroten de kans op conflicten

Bondgenootschappen:
- 1882: Duitsland, Oostenrijk-Hongarije en Italië = Triple Alliantie
- 1907: Groot-Brittannië, Frankrijk en Rusland = Triple Entente (Rusland voelde zich ook beschermer over de Balkan.)

Aanleiding van WO I
Moordaanslag in Sarajewo op Oostenrijkse troonopvolger
Op 28 juni 1914 kwam Ferdinand (troonopvolger Oostenrijk-Hongarije) in Sarajevo. Oostenrijk had in 1878 de Turken uit Bosnië verdreven en in 1908 dit gebied als provincie ingelijfd -> Serviërs en Bosniërs over de zeik -> wilde onafhankelijkheid van Slavische bevolkingsgroepen -> Servië steunde deze gedachte -> Ferdinand werd door een kogel getroffen.
Oostenrijk-Hongarije wilde dat Servië zich niet meer met de Slavische nationaliteiten zou bemoeien. Maar Rusland steunde de Slavische volken -> Oostenrijk-Hongarije zoek steun bij Duitsland -> stuurt Servië een ultimatum -> rekenend op de steun van Rusland verwierp Servië een deel van het ultimatum -> 28 juni 1914 verklaart Oostenrijk-Hongarije Servië de oorlog -> kettingreactie door bondgenootschappen -> wereldoorlog.

Verloop van WO I
De bevolking was erg enthousiast. Redenen:
- militarisme en nationalisme hadden vaderlandse gevoelens aangewakkerd
- Men was verruigd van de eigen superioriteit; elk land dacht in korte tijd te kunnen winnen.

Het Von Schlieffenplan mislukt
Von Moltke kwam in Duitsland met het Von Schlieffenplan: de Franse verdediging aan de Frans-Duitse grens omzeilen -> Duitse leger moest door België naar Noord-Frankrijk. Het Franse leger moest zijn verslagen voordat het Russische leger gereed was.
- Sterke tegenstand van de Belgen
Belgen boden sterke tegenstand. Burgers schoten op soldaten (francs-tireurs) -> Duitsers bestraffen dit dmv doodschieten van burgers, deportatie en brandstichting.
- Deel van het Duitse leger moet naar het Oostfront
Eind augustus moeten de Duitser toch naar het Oostfront om tegen de Russen te vechten doordat de Belgen minder snel verslagen werd dan ze hadden gehoopt. In Oost-Europa ontstond een bewegingsoorlog.
- Definitieve mislukking Von Schlieffenplan na de slag bij Marne
In september ging een Brits-Frans leger bij Marne over tot de tegenaanval. Daarbij werd een gat van ongeveer 40 km geslagen tussen het Eerste en Tweede Duitse leger -> Von Moltke besluit tot terugtrekking van Duitse troepen -> begin loopgravenoorlog.

Kenmerken loopgravenoorlog:
- Vijandelijke legers stonden in loopgraven tegenover elkaar met ertussen ‘ niemandsland’
- Maandenlang leefde soldaten in de loopgraven, vol water, modder en ongedierte
- Regelmatig werden aanvallen ondernomen die doorgaans weinig/geen terreinwinst opleverden.
- Het aantal doden en gewonden was vooral onder de aanvallende partij buitengewoon groot (verloor 3 a 4x zoveel man dan de niet-aanvallende partij).

Verdun en de Somme, uitputtingsslagen als tactiek
Generaals en politieke leiders gingen ervan uit dat de vijand eerder op zou geven dan zijzelf bij gebrek aan voldoende mankracht.
Februari 1916: Duitse generaals concentreren hun aanvalskracht op 1 punt; Verdun.
Doel: Fransen die de stad verdedigden grote verliezen toebrengen
Na 10 maanden gaven de Duitsers het op: Duitsers 100.000 doden en 237.000 gewonden, Fransen 162.000 doden en 215.000 gewonden.
Engelsen kwamen de Fransen niet helpen omdat zij zelf bezig waren bij Ieper. Door Ieper aan te vallen hoopten ze het bij Verdun iets makkelijker te maken.
Op 1 juli 1916 sneuvelden 20.000 Britten bij de Slag bij de Somme. Na 4 maanden was de terreinwinst slechts 10 km.

Meer verwoestingen
Door industrialisatie en de vooruitgang in technologie kregen de legers meer vuurkracht en kon er meer verwoest worden

Thuisfront meer bij de oorlog betrokken
- Tientallen miljoenen soldaten lieten hun gezin achter
- Tientallen miljoenen vrouwen namen werk van de man over op het platteland en in de steden
- Er sneuvelden 8 miljoen soldaten en 21 miljoen keerden gewond terug
- Via affiches en films werd de bevolking opgeroepen de regering te steunen met geld, zuinig te leven en zich als soldaat aan te melden of zich op te geven voor andere diensten.

Keizerrijk komt ten val; einde van WO I
Eind 1917 was Rusland na de Oktoberrevolutie bereid een -voor-Rusland-nadelige-vrede (Vrede van Brest-Litovsk) te sluiten met Duitsland -> Duitsland kon zich focussen op het andere front-> mislukte
- Geallieerden kregen aan het Westfront versterking vanuit de VS
September 1918 zagen de Duitsers dat doorvechten zinloos was. In vier stappen kwam het keizerrijk ten val:
- Wilhelm II benoemde een nieuwe regering, die de steun had van de Rijksdag om vredesonderhandelingen te beginnen (3 oktober 1918)
- Overal in Duitsland braken opstanden uit toen dit bekend werd. Duitse soldaten en arbeiders wilden meteen vrede. Er braken revolutiepogingen uit, geleid door socialisten en communisten.
- De Duitse regering trad op 9 november af en droeg de macht over aan een socialistischer verging met als rijkskanselier de socialistische fractieleider Friedrich Ebert. Alleen een socialistische regering zou de opstandige soldaten en arbeiders in toom kunnen houden.
- De Duitse regering waarin de socialisten een meerderheid hadden, riepen de republiek uit en tekende op 11 november 1918 de wapenstilstand.

Tijdens de val van het keizerrijk was er een machtsstrijd tussen de socialisten en de communisten (de Spartacusopstand):
- SPD (Sozialdemokratische Partei Deutschlands) wilde een parlementaire democratie met daarin plaats voor verschillende politieke partijen.
- KPD (Kommunistische Partei Deutschlands) wilde het parlement en politieke partijen afschaffen en deze vervangen voor raden. Bestaande uit vertegenwoordigers van arbeiders en socialisten.
De socialisten wonnen (in tegenstelling tot in Rusland). In 1919 kwamen de communisten in opstand tegen de regering -> de socialisten sloegen deze neer met behulp van het leger -> vanaf dat moment stonden socialisten en communisten vijandig tegenover elkaar.
Een radicaal-conservatie staatsgreep door een legereenheid (de Kapp-Putsch) mislukte door een algemene stalking.
In januari 1919: Nieuw parlement gekozen in Weimar (in Berlijn was het onrustig)-> Republiek van Weimar.

Par 3 Zwakke plekken van de Republiek van Weimar
Vrede van Versailles (juni 1919)
Leiders in Rep van Weimar proberen aanzien te krijgen onder de bevolking van Duitsland -> Vrede van Versailles maakt dat moeilijk. Duitsland kreeg een nadelige vrede opgelegd:
- Duitsland kreeg de schuld van de oorlog en kreeg enorme herstelbetalingen opgelegd door de Geallieerden
- Duitsland moest grondgebied afstaand
- Duitsland moest ontwapenen: mocht alleen kleine oorlogsschepen en beroepsleger hebben

Een groot deel van de bevolking was republiek van Weimar en de democratie vijandig gezind
- De communisten (KPD) deden alleen mee aan de democratie om propaganda te maken voor het eigen ideaal, wilden zelf alle macht.
- Nationalisten en conservatieven wilden het keizerrijk terug met minder macht voor de politiek partijen en meer macht voor henzelf. (Zij verweten de socialisten de val van het keizerrijk en de nadelige vrede van Versailles. Ook hadden ze angst en afkeer voor het communisme.)
- Veel teleurgestelde ex-soldaten sloten zich aan bij communistische, conservatie of fascistische groepen.

Regeringen met een parlementaire meerderheid minlijk te vormen
Coalitie van Weimar: SPD, DDP (vooruitstrevende liberalen), Centrumpartij.
In jaren ‘ 20 verloor DDP veel stemmen -> SPD en Centrumpartij blijven over -> katholieken en socialisten vertrouwen elkaar niet.

Achterstand in herstelbetalingen leidt tot bezetting Ruhrgebied en grote economische problemen
Franse en Belgische troepen naar het Ruhrgebied wegens achterstand herstelbetalingen (1923) -> arbeiders in staking -> Duitse regering betaalde hun lonen door door bijdrukkend van bankbiljetten -> inflatie -> economische crisis.
1923: Hitler pleegt samen met zijn SA een staatsgreep in München -> mislukt door ingrijpen van het leger. Hitler wordt toch bekend in heel Duitsland.

Damesplan draagt bij tot voorzichtig economisch herstel
Charles Dawes kwam met herziening van het beleid (1924):
- Jaarlijks aandeel in de aflossing van herstelbetalingen werd gekoppeld aan de economische draagkracht van Duitsland
- De VS ging vanaf 1925 leningen aan Duitsland verstrekken om Duitse economie op de been te helpen.
Leidde tot:
- vertrek bezettingstroepen
- Tijdelijk economisch hertel
- Tussen 1924-1929 redelijk stabiele regeringen
Nadeel Dawesplan: Duitsland wordt afhankelijk van Amerikaanse leningen.

Paragraaf 4: De economische crisis van 1929
Oktober 1929: crisis in Amerika --> slaat over naar Europese landen.

De crisis in gunstig voor de nazi’s
Amerika ging geleend geld aan Duitsland terugvragen -> veel bedrijven gaan failliet.

Economische crisis wordt ook eek politieke crisis
Politieke partijen kwamen niet tot een oplossing wat betreft de economische problemen -> uiteenvallen coalitieregering in 1930. Rijkskanselier en rijkspresident konden de Rijksdag uitschakelen door met noodverordeningen te gaan regeren-> Bruning (Centrumpartij) werd rijkskanselier. Hij slaagde er niet in de Rijksdag een meerderheid voor een nieuwe regering te vinden -> nam toevlucht tot artikel 48 van de grondwet: het kabinet kon bij een noodtoestand regeren met noodverordeningen, getekend door de Rijkspresident.
Noodverordeningen: de macht lag in handen van de Rijkskanselier en president samen. President was uiteindelijk de machtigste:
- Kon weigeren noodverordeningen te ondertekenen
- Kon rijkskanselier benoemen en ontslaan.

Door de crisis kreeg de NSDAP veel aanhang.

Paragraaf 5 Het fascisme van de nazi’s
Fascisme is een totalitaire ideologie: een duidelijk omschreven wereldbeschouwing die betrekking heeft P alle aspecten van de maatschappij.
Kenmerken fascisme in het algemeen:
- Fascisme is negatief (aandacht besteden aan waar men tegen is)
- Belang van de eigen groep wordt vooropgesteld
- Fascisme is ultra-nationalistisch
- Fascisme wil een corporatieve staat
- Mensen zijn niet gelijk, ‘hogeren’ moeten het volk leiden
- Aan het hoofd staat 1 leider
- De fascistische partij beheerst alle uitingen van cultuur in de staat
- Verstand als basis voor het handelen minder geschikt dan het gevoel (gevoel > verstand)
- Fascisme verheerlijkt de daad
- Vrouwen moeten veel kinderen voortbrengen en voor hun gezin zorgen.

Aanvullende kenmerken van het Duitse fascisme
Rassenleer:
- 1 hoogwaardig ras: de blanke – niet-Slavische – volken van Europa
- Minderwaardige rassen:  Slaven in oost-Europa & gekleurde bevolking in niets-westerse wereld
- Verderfelijke rassen: joden en zigeuners.
Lebensraum in Oost-Europa

Paragraaf 6: Nationaal-socialisten maken zich meester van de macht
Hitler wordt Rijkskanselier in een coalitiekabinet
Rijkspresident Von Hindenburg ontsloeg Bruning als kanselier en verving hem door conservatief Von Papen -> nieuwe verkiezingen (juli 1932) -> NSDAP 37% vd stemmen -> Hitler eist Rijkskanselierschap voor zich op -> Von Papen en Von Hindenburg vonden dit te ver gaan -> nieuwe verkiezingen -> NSDAP nog steeds veel stemmen -> Von Papen vicekanselier, Hitler Rijkskanselier (1933) en conservatieven de meerderheid.
Redenen van harde groei wat betreft NSDAP:
- Redenaarstalent van Hitler
- Krachtige propaganda o.l.v. Joseph Goebbels
- Militaristische aanpak (SA)
- Aansprekend politiek programma
Hitler en NSDAP beloven:
- Economisch herstel;
- Verwerping van het Verdrag van Versailles;
- Sterk leiderschap en einde aan de verdeeldheid;
- Strijd tegen de ‘ontbinden krachten’ in het Duitse Rijk: communisten en joden

Rijksdaggebouw in brand: communistische partij worden uitgeschakeld
1 februari: Hitler ontbond Rijksdag en schrijft, met toestemming van Von Hindenburg, nieuwe verkiezingen uit. SA moest zorgen dat hij de meerderheid van de stemmen zou krijgen.
27 februari 1933 stond het gebouw van Rijksdag in brand -> communisten krijgen hier ten rechte de schuld van -> politie en SA arresteerden duizenden communistische leiders
Noodverordeningen: einde aan alle burgerrechten en de politie mocht willekeurig arresteren
De KPD mocht deelnemen aan der verkiezingen, maar mocht hun zetels uiteindelijk niet innemen.

De machtigingswet: de Rijksdag schakelt zichzelf en de grondwet uit. Einde aan de Republiek van Weimar
Maart 1933: Rijksdagverkiezingen; NSDAP 44% DNVP 8% -> Hitler gaat over tot de machtigingswet
De nationalistische (DVNP + NSDAP) regering dient een machtigingswet in bij de Rijksdag. Die houdt in dat de regering wetten mag uitvaardigen zonder goedkeuring van het Duitse parlement. Reden hiervan: de noodsituatie en communistische dreiging in Duitsland volgens Hitler. Echte reden: Hitler wil absolute meerderheid en afschaffing van de democratie.
Uitslag: alleen de socialistische partij stemt tegen de machtigingswet (KPD was afwezig, die hadden wss ook tegen gestemd).
Gevolg: Machtigingswet wordt met de vereiste tweederdemeerheidheid aangenomen.
Einde van de Duitse democratie en Weimarrepubliek, begin van nazi-Duitsland.
Hierna schakelden de nazi’s andere bronnen van georganiseerd verzet uit:
- Vakbonden: Deutsche Arbeitsfront (DAF)
- Andere politieke partijen
- Een deel van de SA: nacht van de Lange messen (30 juni 1934) werden SA mannen door de SS vermoord
- President Von Hindenburg; overleed -> Hitler neemt zijn taak over -> Fuhrer van het Duitse Rijk
- Het leger
- Kerken: Hitler probeerde hen tot bondgenoten te maken.

Paragraaf 7: Nazificatie van de samenleving
Jeugd word genazificeerd op school en in organisaties:
- Onderwijzend personeel werd gezuiverd
- Nieuwe schoolboeken
- Hitlerjugend
- Rijksarbeidsdienst
Kunst en publiciteit komen in de greep van de nazi’s
- Ministerie voor volksvoorlichting en propaganda (1933): leiding over pers, radio, film. Goebbels werd de minister.
- Goebbels zorgde voor goedkope radiotoestellen
- Rijkscultuurkamer (1933): iedereen die actief was op gebied van publiciteit of kunst moest lid worden. Joden en politiek onbetrouwbare personen mochten geen lid worden; beroepsverbod -> velen vluchtten naar het buitenland.

Bedrijfsleven en landbouw ingeschakeld ter voorbereiding van een oorlog
- Industriëlen mochten winst blijven maken mits ze zich aansloten bij de NSDAP
- Boeren stonden bij de nazi’s hoog aangeschreven -> moesten zorgen voor genoeg voedsel in het Lebensraum
- Industrie en landarbeiders werden in dienst gesteld van de voorbereiding op een oorlog.

Vrouwen worden als moeder verheerlijkt en in het werk gediscrimineerd
- Verheerlijking van de vrouw als moeder -> Moederdag
- Getrouwde vrouwen werden geschrapt van de lijst van werklozen
- Vrouwen met een baan bij de overheid werden ontslagen
- Meisjes mochten slechts 10% van het aantal studenten vormen

Door terreur wordt ieder verzet onderdrukt
Twee doelstellingen die de nazi’s door terreur wilden bereiken:
1. Verzet van gevaarlijke tegenstanders direct uitschakelen
2. Weifelaars en toekomstige tegenstanders zodanig schrik aanjagen dat ze niet meer aan verzet tegen nazi-maatregelen zouden durven denken

Taken van de SS:
- Werd in 1925 opgericht ter bescherming van de leiders van de NSDAP, vooral Hitler
- Bescherming van de nationaal-socialistische staat door het uitschakelen van tegenstanders.
- Uitbreiding van de macht: oprichting Waffen-SS. Werd op belangrijke plaatsen aan het front ingezet en werd beschouwd als elite.
- In de oorlog het vermoorden van mensen in vernietigingskampen.

Concentratiekampen werden opgericht doordat er gebrek was aan gevangenissen.

De Joden wordt vanaf 1933 het leven steeds moeilijker gemaakt
Joden werden steeds meer geïsoleerd en geterroriseerd in de hoop dat ze zouden emigreren.
- 1933: boycot van joodse winkels
- 1935: afkondiging van de Neurenberger wetten: joden mochten niet met iemand van Duits bloed trouwen & rechten van duist staatsburger werd hen ontnomen.
- 1938: allerlei openbare voorzieningen verboden voor Joden verklaard.

In de oorlog begint de Endlosing
Na het uitbreken van de oorlog hadden de Duitser te maken met veel meer joden -> genocide (het uitmoorden van het Joodse volk)
- doodschieten door speciale Einsatzgruppen van de SS
- Doodschieten van miljoenen Joden was te omslachtig -> SS kwam met het idee om ze te vergassen in vernietigingskampen

Verschillende soorten vernietigingskampen:
- Zoveel mogelijk joden en zigeuners te vermoorden dmv gaskamers
- Kampen die zowel vernietigingskamp als werkkamp waren
- Kampen die tot doel hadden gevangenen te laten werken tot ze er dood bij neervielen
- Kampen waarin krijgsgevangenen werden ondergebracht

Andere vervolgde groepen:
- Gehandicapten wegens hun fysieke eigenschappen
- Homoseksuelen vanwege hun seksuele geaardheid
- Jehova’s getuigen en enkele ander groepen vanwege hun godsdienstige opvattingen

Paragraaf 8: Verzet in Duitsland
Verzet in Duitsland moeilijker dan in bezette gebieden
- Verval hielden NSDAP-leden en SA/SS de mensen in de gaten
- Groot deel vd bevolking rond achter Hitler -> kans op verraad door niet-nazi’s is groot
- In de oorlog zagen de meeste Duitsers die niet (meer) in het nationaal-socialisme geloofden, verzet tegen Hitler toch als landverraad.

Veelsoortig verzet van kleine grepen
- Mensen helpen onderduiken
- Anti-Hitlerpamfletten verspreiden
- Inlichtingen doorgeven aan tegenstanders van Duitsland.

Houding van de Kerken is verdeeld
Kerk vreesde dat zij ook verboden zou worden. Stond deels achter nationaal-socialisme:
- Anti-communisme
- Centrale plaatste het gezin in de samenleving innam
- Belangrijke rol van de vrouw als moeder
In Duitsland waren 2 godsdiensten:
- Evangelisch-lutherse
- Rooms-katholieke
Evangelisch-lutherse viel uiteen:
- Duitse christenen die overtuigd nationalisten waren
- Belijdende Kerk: tegenstanders nationaal-socialisme
In 1933 erkende de katholieke Kerk de nazi-regering. Hitler hielt zich niet aan het Concordaat -> 1937: paus veroordeeld de nationaal-socialistische leer.
Als geestelijken in verzet kwamen kregen zij spreekverboden opgelegd, belandden in gevangenissen en concentratiekampen.

Verzet vanuit het leger
Het leger bedreigde het Hitler-regime. De meeste hoge officieren voelden zich door de eed trouw aan Hitler.
20 juli 1944: Von Stauffenberg probeert Hitler te doden -> mislukt -> Hitler neemt wraak door ruim 5000 ‘verraders’ te doden.
Op desertie stond de doodstraf en geen recht op oorlogspensioen. Vanaf de jaren ’80 veranderde dit. In 2002 werd een wet aangenomen die desertie nietig verklaarde en tot onrecht bestempelde.

Paragraaf 9: Oorzaken van de Tweede Wereldoorlog
Directe oorzaak: september 1939 valt Duitsland (gedekt door de SU) Polen binnen -> Engeland en Frankrijk verklaren de oorlog aan Duitsland.

Hitler vooral, maar Frankrijk, Engeland en de SU deels ook?
- Door aan bepaalde eisen van Hitler tegemoet te komen dachten de Franse en Engelse leiders dat zij de vrede konden handhaven -> ze hadden veel eerder hard moeten optreden tegen Hitler
- Stalin maakte door zijn verdrag met Duitsland de weg vrij voor Hitler om Polen aan te vallen.

Frankrijk en Engeland vooral?
Andere onderzoekers beweren dat de schuld bij Frankrijk en Engeland gezocht moet worden:
- Het Verdrag van Versailles was de belangrijkste reden voor het uitbreken van de oorlog; Hitler probeerde Duitsland terug te geven wat van hun afgenomen was.
- Frankrijk en Engeland lieten Hitler lange tijd zijn gang gaan -> Hitler verwachtte daarom niet dat deze landen hem de oorlog zouden verklaren als hij Polen aan zou vallen.
- Frankrijk en Engeland hadden communistische SU niet zo moeten wantrouwen -> dan zou er een verdrag tussen deze drie kunnen ontstaan -> Stalin zou dan geen verdrag met Hitler gesloten hebben.

Hitler en zijn aanhang de oorzaak
- Engeland en Frankrijk hadden terecht een schuldgevoel over het Verdrag van Versailles. Daarom lieten zij toe dat Hitler de onrechtvaardigheden van het Verdrag probeerde te herstellen
- Op de conferentie van München gaven zij toe aan Hitlers eisen omdat zij het terecht vonden dat het zelfbeschikkingsrecht ook voor Duitsers moest gelden.
- Hard optreden tegen Hitler zou ongetwijfeld tot oorlog hebben geleid. WOI zat nog vers in het geheugen; Engeland en Frankrijk waren bereid tot concessies aan Hitler.
- Het wantrouwen van Engeland en Frankrijk tegen de communistische SU was gerechtvaardigd: het communistische ideaal was een volledige communistische wereld.

Paragraaf 10: Het militaire verloop van de Tweede Wereldoorlog
Zelf lezen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten